Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. hamsteren:
  2. hamster:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hamsteren (Nederlands) in het Duits

hamsteren:

hamsteren werkwoord (hamster, hamstert, hamsterde, hamsterden, gehamsterd)

  1. hamsteren (oppotten; potten; opzij leggen)
    horten; hamstern; zurücklegen; auf die Seite legen; beiseite legen
    • horten werkwoord (horte, hortest, hortet, hortete, hortetet, gehortet)
    • hamstern werkwoord (hamstre, hamsterst, hamstert, hamsterte, hamstertet, gehamstert)
    • zurücklegen werkwoord (lege zurück, legst zurück, legt zurück, legte zurück, legtet zurück, zurückgelegt)
    • auf die Seite legen werkwoord (lege auf die Seite, legst auf die Seite, legt auf die Seite, legte auf die Seite, legtet auf die Seite, auf die Seite gelegt)
    • beiseite legen werkwoord (lege beiseite, legst beiseite, legt beiseite, legte beiseite, legtet beiseite, beiseite gelegt)

Conjugations for hamsteren:

o.t.t.
  1. hamster
  2. hamstert
  3. hamstert
  4. hamsteren
  5. hamsteren
  6. hamsteren
o.v.t.
  1. hamsterde
  2. hamsterde
  3. hamsterde
  4. hamsterden
  5. hamsterden
  6. hamsterden
v.t.t.
  1. heb gehamsterd
  2. hebt gehamsterd
  3. heeft gehamsterd
  4. hebben gehamsterd
  5. hebben gehamsterd
  6. hebben gehamsterd
v.v.t.
  1. had gehamsterd
  2. had gehamsterd
  3. had gehamsterd
  4. hadden gehamsterd
  5. hadden gehamsterd
  6. hadden gehamsterd
o.t.t.t.
  1. zal hamsteren
  2. zult hamsteren
  3. zal hamsteren
  4. zullen hamsteren
  5. zullen hamsteren
  6. zullen hamsteren
o.v.t.t.
  1. zou hamsteren
  2. zou hamsteren
  3. zou hamsteren
  4. zouden hamsteren
  5. zouden hamsteren
  6. zouden hamsteren
en verder
  1. is gehamsterd
  2. zijn gehamsterd
diversen
  1. hamster!
  2. hamstert!
  3. gehamsterd
  4. hamsterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor hamsteren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
auf die Seite legen hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten achterhouden; afzonderen; apart zetten; behouden; isoleren; opzijleggen; reserveren; terughouden
beiseite legen hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten achterhouden; behouden; opzijleggen; reserveren; terughouden; voorbehouden
hamstern hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten
horten hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten
zurücklegen hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten achterhouden; afleggen; afzonderen; apart zetten; behouden; bewaren; isoleren; meters maken; opzij leggen; opzijleggen; reserveren; terughouden; terugleggen; terugplaatsen; terugzetten; voorbehouden; wegzetten

Verwante woorden van "hamsteren":


Wiktionary: hamsteren

hamsteren
verb
  1. een voorraad aanleggen bij voedselschaarste

Cross Translation:
FromToVia
hamsteren lagern; speichern stockerconserver en dépôt, entreposer.

hamsteren vorm van hamster:

hamster [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de hamster
    der Hamster
    • Hamster [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hamster:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Hamster hamster

Verwante woorden van "hamster":


Wiktionary: hamster

hamster
noun
  1. Cricetus cricetus, klein knaagdiertje dat als huisdier gehouden kan worden.
hamster
noun
  1. Zoologie: maus- (Zwerghamster) bis fast kaninchengroßes (Feldhamster), dämmerungsaktives Nagetier, mit dichtem Fell und kurzem bis stummelartigem Schwanz (Familie Cricetidae)

Cross Translation:
FromToVia
hamster Hamster hamster — small, short-tailed European rodent
hamster Hamster hamster — Une des espèces de petits rongeurs nocturnes de silhouette massive et d'aspect robuste, pourvus de bajoues.