Glooiing in het Duits vertaald uit het Nederlands

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

glooiing:
- Neigung; Gefälle; Neigungswinkel; Helling; Hang; Senkung; Böschung; Steilhang; Hügel
Wiktionary:
- glooiing → Steigung

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor glooiing (Nederlands) in het Duits

de glooiing (glooiingshoek)
die Neigung; Gefälle; der Neigungswinkel
- Neigung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gefälle [das ~] zelfstandig naamwoord
- Neigungswinkel [der ~] zelfstandig naamwoord
de glooiing (flauwe helling)
die Helling; der Hang; die Senkung; Gefälle; die Böschung; der Steilhang
- Helling [die ~] zelfstandig naamwoord
- Hang [der ~] zelfstandig naamwoord
- Senkung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gefälle [das ~] zelfstandig naamwoord
- Böschung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Steilhang [der ~] zelfstandig naamwoord
de glooiing (talud; helling; afgang; berm; dijkhelling)
der Hang; die Böschung; der Hügel; Gefälle
- Hang [der ~] zelfstandig naamwoord
- Böschung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Hügel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Gefälle [das ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Böschung	afgang; berm; dijkhelling; flauwe helling; glooiing; helling; talud	beloop; hellingen; taluds
Gefälle	afgang; berm; dijkhelling; flauwe helling; glooiing; glooiingshoek; helling; talud
Hang	afgang; berm; dijkhelling; flauwe helling; glooiing; helling; talud	geneigdheid; gezindheid; hang; inclinatie; neiging
Helling	flauwe helling; glooiing	scheepshelling
Hügel	afgang; berm; dijkhelling; glooiing; helling; talud
Neigung	glooiing; glooiingshoek	aard; asymmetrisch; buiging; declinatie; geaardheid; geneigdheid; gezindheid; hang; inborst; inclinatie; karakter; keuze; mode; neiging; nijging; scheef; smaak; tendens; tendentie; trend; voorkeur; voorliefde
Neigungswinkel	glooiing; glooiingshoek	hellingsgraad; hellingshoek
Senkung	flauwe helling; glooiing	afname; bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; daling; inkrimping; kostenbesparing; laagte; laten zakken; minder worden; neerlaten; ontering; salarisverlaging; terugloop; uitzakking; val; verkorting; verlaging; verzakking
Steilhang	flauwe helling; glooiing	steile helling; steilte

Cross Translation:

From	To	Via
• glooiing	→ Steigung	↔ slope — degree to which a surface tends upward or downward