Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. gezinshulp:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gezinshulp (Nederlands) in het Duits

gezinshulp:

gezinshulp [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de gezinshulp
    der Familienpfleger
  2. de gezinshulp (gezinsverzorging; gezinszorg)
    die Familienfürsorge

Vertaal Matrix voor gezinshulp:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Familienfürsorge gezinsbijstand; gezinshulp; gezinsverzorging; gezinszorg assistentie; bijstand; handreiking; hulp; hulpbetoon; hulpverlening
Familienpfleger gezinshulp gezinsverzorger

Verwante woorden van "gezinshulp":

  • gezinshulpen