Nederlands
Uitgebreide vertaling voor geneigdheid (Nederlands) in het Duits
geneigdheid:
-
de geneigdheid (inclinatie; neiging; hang; gezindheid)
der Hang; die Neigung; die Tendenz; die Einstellung; der Trend; die Gesinnung; die Vorliebe; die Geneigtheit -
de geneigdheid (tendens; neiging; trend)
Vertaal Matrix voor geneigdheid:
Verwante woorden van "geneigdheid":
geneigdheid vorm van geneigd:
-
geneigd (de neiging hebbend)
geneigt sein; die Neigung haben-
geneigt sein bijvoeglijk naamwoord
-
die Neigung haben bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor geneigd:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
die Neigung haben | de neiging hebbend; geneigd | |
geneigt sein | de neiging hebbend; geneigd |