Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. fiche:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor fiche (Nederlands) in het Duits

fiche:

fiche [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de fiche
    der Zettel
    • Zettel [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fiche:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Zettel fiche blaadje; bon; brochure; coupon; gekreukt papiertje; kladje; ontvangstbewijs; pamflet; papiertje; reçu; vlugschrift

Verwante woorden van "fiche":

  • fiches

Wiktionary: fiche


Cross Translation:
FromToVia
fiche Chip chip — token used in gambling
fiche Marker; Filzschreiber; Filzstift; Textmarker marker pen — pen
fiche Kartei; Karteikarte; Stecker; Zettel fiche — Action de ficher, d’enfoncer ; quantité dont on enfonce dans le sol un pieu de fondation.