Uitgebreide vertaling voor er vanaf breken (Nederlands) in het Duits
er vanaf breken:
-
brechen;
zerbrechen;
knacken;
abbrechen;
knicken;
abknacken
-
brechen
werkwoord
(breche, brichst, bricht, brach, bracht, gebrochen)
-
zerbrechen
werkwoord
(zerbreche, zerbrichst, zerbricht, zerbrach, zerbracht, zerbrochen)
-
knacken
werkwoord
(knacke, knackst, knackt, knackte, knacktet, geknackt)
-
abbrechen
werkwoord
(breche ab, brechst ab, brecht ab, brechte ab, brechtet ab, abgebrecht)
-
knicken
werkwoord
(knicke, knickst, knickt, knickte, knicktet, geknickt)
-
abknacken
werkwoord
(knacke ab, knackst ab, knackt ab, knackte ab, knacktet ab, abgeknackt)
Vertaal Matrix voor er vanaf breken:
Computer vertaling door derden:
Verwante vertalingen van er vanaf breken