Engeltje in het Duits vertaald uit het Nederlands

Remove Ads

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

engeltje:
- Engel; Himmlische; Gottgesandte; liebe Person; Himmelsbewohner
engel:
- Engel; Himmlische; Gottgesandte; liebe Person; Himmelsbewohner
Wiktionary:
- engel → Engel
- engel → Engel

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor engeltje (Nederlands) in het Duits

engeltje:

engeltje [het ~] zelfstandig naamwoord

het engeltje (lief persoon; engel)
der Engel; der Himmlische; der Gottgesandte; die liebe Person; der Himmelsbewohner
- Engel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Himmlische [der ~] zelfstandig naamwoord
- Gottgesandte [der ~] zelfstandig naamwoord
- liebe Person [die ~] zelfstandig naamwoord
- Himmelsbewohner [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor engeltje:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Engel	engel; engeltje; lief persoon	engel; godsbode; godsgezant; hemelgeest
Gottgesandte	engel; engeltje; lief persoon	engel; godsbode; godsgezant; hemelgeest
Himmelsbewohner	engel; engeltje; lief persoon	engel; hemelbewoner; hemelgeest
Himmlische	engel; engeltje; lief persoon	engel; hemelgeest
liebe Person	engel; engeltje; lief persoon

Verwante woorden van "engeltje":

engeltjes, engel

engeltje vorm van engel:

engel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de engel (lief persoon; engeltje)
der Engel; der Himmlische; der Gottgesandte; die liebe Person; der Himmelsbewohner
- Engel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Himmlische [der ~] zelfstandig naamwoord
- Gottgesandte [der ~] zelfstandig naamwoord
- liebe Person [die ~] zelfstandig naamwoord
- Himmelsbewohner [der ~] zelfstandig naamwoord
de engel (hemelgeest)
der Engel; der Gottgesandte; der Himmlische; der Himmelsbewohner
- Engel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Gottgesandte [der ~] zelfstandig naamwoord
- Himmlische [der ~] zelfstandig naamwoord
- Himmelsbewohner [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor engel:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Engel	engel; engeltje; hemelgeest; lief persoon	godsbode; godsgezant
Gottgesandte	engel; engeltje; hemelgeest; lief persoon	godsbode; godsgezant
Himmelsbewohner	engel; engeltje; hemelgeest; lief persoon	hemelbewoner
Himmlische	engel; engeltje; hemelgeest; lief persoon
liebe Person	engel; engeltje; lief persoon

Verwante woorden van "engel":

engelen, engeltje

Synoniemen voor "engel":

schat

Verwante definities voor "engel":

mens met vleugels, denkbeeldig wezen¹
- engelen wonen in de hemel¹
iemand die heel lief of behulpzaam is¹
- je bent een engel¹

Wiktionary: engel

engel

noun

Religion: (zumeist mit Flügeln gedachtes) überirdisches Wesen, das als Bote Gottes fungiert
- Engel → engel

Cross Translation:

From	To	Via
• engel	→ Engel	↔ angel — messenger from a deity
• engel	→ Engel	↔ angel — selfless person
• engel	→ Engel	↔ ange — (religion) créature purement spirituelle, qu’on représente sous figure humaine, avec des ailes, et qui désigne tantôt un envoyé céleste, tantôt un pur esprit intermédiaire entre Dieu et les hommes.

Computer vertaling door derden:

¹Muiswerk Woordenboek

Remove Ads

Vertaal engeltje van Nederlands naar Duits

Uitgebreide vertaling voor engeltje (Nederlands) in het Duits

engeltje:

engeltje [het ~] zelfstandig naamwoord

het engeltje (lief persoon; engel)

Vertaal Matrix voor engeltje:

Verwante woorden van "engeltje":

engeltje vorm van engel:

engel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de engel (lief persoon; engeltje)

de engel (hemelgeest)

Vertaal Matrix voor engel:

Verwante woorden van "engel":

Synoniemen voor "engel":

Verwante definities voor "engel":

Wiktionary: engel