Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. egels:
  2. egel:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor egels (Nederlands) in het Duits

egels:

egels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de egels
    der Igel
    • Igel [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor egels:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Igel egels egel

Verwante woorden van "egels":


egel:

egel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de egel
    der Igel
    • Igel [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor egel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Igel egel egels

Verwante woorden van "egel":

  • egels, egeltje, egeltjes

Wiktionary: egel

egel
noun
  1. Zoologie: Stachelhäutiges Säugetier aus der Familie Erinaceidae

Cross Translation:
FromToVia
egel Igel hedgehog — animal
egel Igel urchin — hedgehog
egel Igel; Stacheligel hérisson — Petit mammifère insectivore dont la peau du dos est toute couverte de longs piquants composés de poils agglomérés.