Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor eenzijdigheid (Nederlands) in het Duits

eenzijdigheid:

eenzijdigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de eenzijdigheid (beperktheid)
    die Beschränktheit; die Voreingenommenheit; die Kleinlichkeit; die Kleinmütigkeit

Vertaal Matrix voor eenzijdigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Beschränktheit beperktheid; eenzijdigheid bekrompenheid; benepenheid; geborneerdheid; kleingeestigheid; kleinzieligheid
Kleinlichkeit beperktheid; eenzijdigheid bekrompenheid; engdenkendheid; engheid; geborneerdheid; kleingeestigheid; kleinzieligheid
Kleinmütigkeit beperktheid; eenzijdigheid bekrompenheid; benepenheid; geborneerdheid; kleingeestigheid; kleinzieligheid
Voreingenommenheit beperktheid; eenzijdigheid vooringenomenheid; vooroordeel

Verwante woorden van "eenzijdigheid":


eenzijdigheid vorm van eenzijdig:

eenzijdig bijvoeglijk naamwoord

  1. eenzijdig (aan een kant beschrijfbaar)
    zn einer Seite beschriftbar; bedingt; beschränkt; begrenzt

Vertaal Matrix voor eenzijdig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedingt aan een kant beschrijfbaar; eenzijdig beperkt; conditioneel; geborneerd; gelimiteerd; voorwaardelijk
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
begrenzt aan een kant beschrijfbaar; eenzijdig begrensd; beperkt; geborneerd; gelimiteerd
beschränkt aan een kant beschrijfbaar; eenzijdig begrensd; bekrompen; benepen; beperkt; bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; geborneerd; gelimiteerd; geringer gemaakt; ingekrompen; ingeslonken; kleinburgerlijk; kleingeestig; kleinzielig; kneuterig; verminderd
zn einer Seite beschriftbar aan een kant beschrijfbaar; eenzijdig

Verwante woorden van "eenzijdig":


Wiktionary: eenzijdig

eenzijdig
adjective
  1. met of aan één kant, belang, partij etc.