Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. drukkers:
  2. drukker:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor drukkers (Nederlands) in het Duits

drukkers:

drukkers [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de drukkers (boekdrukkers)
    der Drucker
    • Drucker [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. de drukkers (plaatdrukkers)
    der Drucker; der Kupferdrucker

Vertaal Matrix voor drukkers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Drucker boekdrukkers; drukkers; plaatdrukkers drukkertjes; iemand die letters zet; letterzetter; printer; printers; typograaf; zetter
Kupferdrucker drukkers; plaatdrukkers
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Drucker printer

Verwante woorden van "drukkers":


drukkers vorm van drukker:

drukker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de drukker (wegloper; deserteur)
    der Ausreißer; der Deserteur; der Fahnenflüchtiger

Vertaal Matrix voor drukker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ausreißer deserteur; drukker; wegloper deserteurs; weglopers
Deserteur deserteur; drukker; wegloper
Fahnenflüchtiger deserteur; drukker; wegloper

Verwante woorden van "drukker":


Wiktionary: drukker

drukker
noun
  1. een persoon die afdrukken maakt

Cross Translation:
FromToVia
drukker Drucker printer — one who makes prints
drukker Drucker printer — operator of a printing press
drukker Druckknopf bouton-pressionpetit dispositif de fermeture tenant lieu de bouton, et constituer de deux éléments métalliques dont l'un s'engager dans l'autre par pression.