Driften in het Duits vertaald uit het Nederlands

Remove Ads

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

driften:
- Anregung; Antrieb; Impuls
drift:
- Leidenschaft; Antrieb; Geschlechtstrieb; Trieb; Leidenschaftlichkeit; Jähzorn; Treibstrom; Lust; Genußsucht; Geilheit; Wollust; Hingebung; Passion; Inbrunst; Andrag; Viehtrieb; sexuelle Begierde; Viehstiege; Viehpfad
Wiktionary:
- drift → Abdrift

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor driften (Nederlands) in het Duits

driften:

driften [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de driften (aandriften)
die Anregung; der Antrieb; der Impuls
- Anregung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Antrieb [der ~] zelfstandig naamwoord
- Impuls [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor driften:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Anregung	aandriften; driften	aanmoediging; aansporing; animering; impuls; instigatie; instigaties; luim; opwekking; opwelling; prikkel; stimulans; stimulering
Antrieb	aandriften; driften	aandrang; aandrift; aandrijving; drang; drift; impuls; instinct; motor; natuurdrift; neiging; stuwkracht; voortstuwing
Impuls	aandriften; driften	aanmoediging; aansporing; aanzet; animering; gevoel; impuls; instinct; intuïtie; luim; opwekking; opwelling; prikkel; stimulans; stimulering

Verwante woorden van "driften":

drift

driften vorm van drift:

drift [de ~] zelfstandig naamwoord

de drift (aandrift; instinct)
die Leidenschaft; der Antrieb; der Geschlechtstrieb; der Trieb; die Leidenschaftlichkeit
- Leidenschaft [die ~] zelfstandig naamwoord
- Antrieb [der ~] zelfstandig naamwoord
- Geschlechtstrieb [der ~] zelfstandig naamwoord
- Trieb [der ~] zelfstandig naamwoord
- Leidenschaftlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
de drift (driftstroom)
der Jähzorn; der Treibstrom
- Jähzorn [der ~] zelfstandig naamwoord
- Treibstrom [der ~] zelfstandig naamwoord
de drift (lust; genot; genoegen; wellust)
die Lust; die Genußsucht; die Geilheit; die Leidenschaft; die Wollust; die Hingebung; die Passion; die Inbrunst
- Lust [die ~] zelfstandig naamwoord
- Genußsucht [die ~] zelfstandig naamwoord
- Geilheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Leidenschaft [die ~] zelfstandig naamwoord
- Wollust [die ~] zelfstandig naamwoord
- Hingebung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Passion [die ~] zelfstandig naamwoord
- Inbrunst [die ~] zelfstandig naamwoord
de drift (passie; hartstocht; vuur)
die Passion; die Leidenschaft
- Passion [die ~] zelfstandig naamwoord
- Leidenschaft [die ~] zelfstandig naamwoord
de drift (aandrang; neiging; drang; aandrift; impuls)
der Antrieb; der Andrag
- Antrieb [der ~] zelfstandig naamwoord
- Andrag [der ~] zelfstandig naamwoord
de drift (voortgedreven vee)
der Trieb; der Viehtrieb
- Trieb [der ~] zelfstandig naamwoord
- Viehtrieb [der ~] zelfstandig naamwoord
de drift (seksuele begeerte; lust)
die Lust; die sexuelle Begierde; die Leidenschaft; der Trieb
- Lust [die ~] zelfstandig naamwoord
- sexuelle Begierde [die ~] zelfstandig naamwoord
- Leidenschaft [die ~] zelfstandig naamwoord
- Trieb [der ~] zelfstandig naamwoord
de drift (weg om vee langs te drijven)
die Viehstiege; der Viehpfad
- Viehstiege [die ~] zelfstandig naamwoord
- Viehpfad [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor drift:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Andrag	aandrang; aandrift; drang; drift; impuls; neiging
Antrieb	aandrang; aandrift; drang; drift; impuls; instinct; neiging	aandrift; aandriften; aandrijving; driften; instinct; motor; natuurdrift; stuwkracht; voortstuwing
Geilheit	drift; genoegen; genot; lust; wellust	geilheid; hitsigheid; lust; opgewondenheid; zin
Genußsucht	drift; genoegen; genot; lust; wellust	genotzucht; hedonisme
Geschlechtstrieb	aandrift; drift; instinct	geslachtsdrift; paringsdrang; prikkels; seksuele prikkels
Hingebung	drift; genoegen; genot; lust; wellust	aanhankelijkheid; affectie; devotie; gehechtheid; genegenheid; ijver; inzet; overgave; toegewijdheid; toewijding; trouw; verknochtheid; zorgzaamheid
Inbrunst	drift; genoegen; genot; lust; wellust	aandrift; daadkracht; energie; esprit; felheid; fut; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht; momentum; puf; werklust
Jähzorn	drift; driftstroom
Leidenschaft	aandrift; drift; genoegen; genot; hartstocht; instinct; lust; passie; seksuele begeerte; vuur; wellust	bezetenheid; genoegen; genot; gloed; hartstocht; hartstochtelijkheid; jool; leut; lust; obsessie; overgave; passie; plezier; pret; vurigheid; vuur
Leidenschaftlichkeit	aandrift; drift; instinct	driftigheid; felheid; gedrevenheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht
Lust	drift; genoegen; genot; lust; seksuele begeerte; wellust	aardigheid; begeerte; blijheid; blijmoedigheid; content; gein; genoegen; genot; heftig verlangen; jolijt; jool; keet; leut; lol; lust; opgewektheid; plezier; pret; tevredenheid; vrolijkheid
Passion	drift; genoegen; genot; hartstocht; lust; passie; vuur; wellust	genoegen; genot; gloed; hartstocht; hartstochtelijkheid; jool; leut; lust; overgave; passie; plezier; pret; vurigheid; vuur
Treibstrom	drift; driftstroom
Trieb	aandrift; drift; instinct; lust; seksuele begeerte; voortgedreven vee	drijven van vee; genoegen; genot; jonge plant; jool; leut; loot; lust; plantestekje; plezier; pret; rank; ranken; scheut; schoot; spruit; stek; stekje
Viehpfad	drift; weg om vee langs te drijven
Viehstiege	drift; weg om vee langs te drijven
Viehtrieb	drift; voortgedreven vee
Wollust	drift; genoegen; genot; lust; wellust	erotiek; luxe; overvloed; pracht; sensualisme; sensualiteit; weelde; weelderigheid; wellust; wellustigheid; wulpsheid; zinnelijkheid
sexuelle Begierde	drift; lust; seksuele begeerte

Verwante woorden van "drift":

driften

Wiktionary: drift

Cross Translation:

From	To	Via
• drift	→ Abdrift	↔ dérive — (Marine) Écart, déviation entre le cap effectivement suivi par un navire ou un aéroplane et le cap initialement fixé.

Remove Ads

Vertaal driften van Nederlands naar Duits

Uitgebreide vertaling voor driften (Nederlands) in het Duits

driften:

driften [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de driften (aandriften)

Vertaal Matrix voor driften:

Verwante woorden van "driften":

driften vorm van drift:

drift [de ~] zelfstandig naamwoord

de drift (aandrift; instinct)

de drift (driftstroom)

de drift (lust; genot; genoegen; wellust)

de drift (passie; hartstocht; vuur)

de drift (aandrang; neiging; drang; aandrift; impuls)

de drift (voortgedreven vee)

de drift (seksuele begeerte; lust)

de drift (weg om vee langs te drijven)

Vertaal Matrix voor drift:

Verwante woorden van "drift":

Wiktionary: drift