Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. doorsneden:
  2. doorsnede:
  3. doorsnijden:
  4. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor doorsneden (Nederlands) in het Duits

doorsneden:

doorsneden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de doorsneden (gemiddelden)
    die Durchschnitten; die Durchmesser; die Schnitten
  2. de doorsneden (doorsnijdingen; doorsnedes)
    die Durchmesser; die Durchschnitte

Vertaal Matrix voor doorsneden:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Durchmesser doorsneden; doorsnedes; doorsnijdingen; gemiddelden diameter; diameters; doorsnede; middellijn; middellijnen; profiel
Durchschnitte doorsneden; doorsnedes; doorsnijdingen
Durchschnitten doorsneden; gemiddelden
Schnitten doorsneden; gemiddelden

Verwante woorden van "doorsneden":


doorsneden vorm van doorsnede:

doorsnede [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de doorsnede
    der Durchschnitt; der Durchmesser

Vertaal Matrix voor doorsnede:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Durchmesser doorsnede diameter; diameters; doorsneden; doorsnedes; doorsnijdingen; gemiddelden; middellijn; middellijnen; profiel
Durchschnitt doorsnede doorsnee; middelmaat; middelmatigheid; profiel
- diameter

Verwante woorden van "doorsnede":


Synoniemen voor "doorsnede":


Verwante definities voor "doorsnede":

  1. het breedste deel van de cirkel1
    • wat is de doorsnede van deze cirkel?1
  2. alsof je het doormidden gesneden hebt1
    • ik teken de doorsnede van een appel1
  3. gemiddeld, gewoon1
    • de doorsnee Hollander1

Wiktionary: doorsnede

doorsnede
noun
  1. doorsnijvlak
  2. diameter
doorsnede
noun
  1. Mathematik, Mengenlehre: Menge bestehend aus den gemeinsamen Elementen zweier Mengen

Cross Translation:
FromToVia
doorsnede Kreuzschnitt; Querschnitt; Profil cross section — section formed by a plane cutting through an object
doorsnede Durchmesser diameter — length of this line
doorsnede Durchschnitt intersection — in set theory

doorsneden vorm van doorsnijden:

doorsnijden werkwoord (snijd door, snijdt door, sneed door, sneden door, doorgesneden)

  1. doorsnijden
    durchschneiden; teilen
    • durchschneiden werkwoord (durchschnitte, durchschnittest, durchschnitt, durchschnittet, durchschnitten)
    • teilen werkwoord (teile, teilst, teilt, teilte, teiltet, geteilt)

Conjugations for doorsnijden:

o.t.t.
  1. snijd door
  2. snijdt door
  3. snijdt door
  4. snijden door
  5. snijden door
  6. snijden door
o.v.t.
  1. sneed door
  2. sneed door
  3. sneed door
  4. sneden door
  5. sneden door
  6. sneden door
v.t.t.
  1. heb doorgesneden
  2. hebt doorgesneden
  3. heeft doorgesneden
  4. hebben doorgesneden
  5. hebben doorgesneden
  6. hebben doorgesneden
v.v.t.
  1. had doorgesneden
  2. had doorgesneden
  3. had doorgesneden
  4. hadden doorgesneden
  5. hadden doorgesneden
  6. hadden doorgesneden
o.t.t.t.
  1. zal doorsnijden
  2. zult doorsnijden
  3. zal doorsnijden
  4. zullen doorsnijden
  5. zullen doorsnijden
  6. zullen doorsnijden
o.v.t.t.
  1. zou doorsnijden
  2. zou doorsnijden
  3. zou doorsnijden
  4. zouden doorsnijden
  5. zouden doorsnijden
  6. zouden doorsnijden
en verder
  1. is doorgesneden
  2. zijn doorgesneden
diversen
  1. snijd door!
  2. snijdt door!
  3. doorgesneden
  4. doorsnijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor doorsnijden:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
durchschneiden doorsnijden doorhakken; doorhouwen; doorklieven; doorknippen; doormidden hakken; in tweeën houwen; klieven; kloven
teilen doorsnijden delen; doorknippen; ontknopen; ontraadselen; ontrafelen; ontwarren; opdelen; oplossen; opsplitsen; ronddelen; rondgeven; rondreiken; scheiden; splitsen; uit de war halen; uit elkaar halen; uitdelen; uiteenhalen; uitreiken; verdelen

Wiktionary: doorsnijden


Cross Translation:
FromToVia
doorsnijden sezieren; zerlegen; zergliedern sectionnerdiviser en plusieurs parties ou sections.