Nederlands
Uitgebreide vertaling voor doodzwijgen (Nederlands) in het Duits
doodzwijgen:
-
doodzwijgen (volkomen negeren)
ignorieren; totschweigen; negieren-
totschweigen werkwoord (schweige tot, schweigst tot, schweigt tot, schwieg tot, schwiegt tot, totgeschwiegen)
Conjugations for doodzwijgen:
o.t.t.
- zwijg dood
- zwijgt dood
- zwijgt dood
- zwijgen dood
- zwijgen dood
- zwijgen dood
o.v.t.
- zweeg dood
- zweeg dood
- zweeg dood
- zwegen dood
- zwegen dood
- zwegen dood
v.t.t.
- heb doodgezwegen
- hebt doodgezwegen
- heeft doodgezwegen
- hebben doodgezwegen
- hebben doodgezwegen
- hebben doodgezwegen
v.v.t.
- had doodgezwegen
- had doodgezwegen
- had doodgezwegen
- hadden doodgezwegen
- hadden doodgezwegen
- hadden doodgezwegen
o.t.t.t.
- zal doodzwijgen
- zult doodzwijgen
- zal doodzwijgen
- zullen doodzwijgen
- zullen doodzwijgen
- zullen doodzwijgen
o.v.t.t.
- zou doodzwijgen
- zou doodzwijgen
- zou doodzwijgen
- zouden doodzwijgen
- zouden doodzwijgen
- zouden doodzwijgen
en verder
- ben doodgezwegen
- bent doodgezwegen
- is doodgezwegen
- zijn doodgezwegen
- zijn doodgezwegen
- zijn doodgezwegen
diversen
- zwijg dood!
- zwijgt dood!
- doodgezwegen
- doodzwijgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor doodzwijgen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
ignorieren | doodzwijgen; volkomen negeren | ignoreren; links laten liggen; negeren |
negieren | doodzwijgen; volkomen negeren | links laten liggen; negeren |
totschweigen | doodzwijgen; volkomen negeren | stilzwijgen |