Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. deler:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor deler (Nederlands) in het Duits

deler:

deler [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de deler (gever; geefster; deelster)
    der Geber; der Spender; der Schenker
    • Geber [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Spender [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Schenker [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor deler:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Geber deelster; deler; geefster; gever
Schenker deelster; deler; geefster; gever begunstiger; donateur; schenker
Spender deelster; deler; geefster; gever donor

Verwante woorden van "deler":

  • delers

Wiktionary: deler


Cross Translation:
FromToVia
deler Divisor divisor — arithmetic: a number or expression