Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. cijferen:
  2. cijfer:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor cijferen (Nederlands) in het Duits

cijferen:

cijferen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. cijferen
    Rechnen
    • Rechnen [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cijferen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Rechnen cijferen

Verwante woorden van "cijferen":


Wiktionary: cijferen


Cross Translation:
FromToVia
cijferen Arithmetik; Rechenkunst; Zahlenlehre arithmétiquescience des nombres ; art de calculer.

cijfer:

cijfer [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het cijfer (rangnummer)
    die Nummer; die Ziffer; die Zahl; die Rangnummer
    • Nummer [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Ziffer [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Zahl [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Rangnummer [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. het cijfer (getal)
    – teken waarmee je een getal aangeeft 1
    die Zahl; der Numerus
    • Zahl [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Numerus [der ~] zelfstandig naamwoord
  3. het cijfer (schoolcijfer)
    die Schulnote; die Ziffer; die Zahl; die Zensur
    • Schulnote [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Ziffer [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Zahl [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Zensur [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cijfer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Numerus cijfer; getal
Nummer cijfer; rangnummer attractie; episode; numero; nummer; trekpleister; volgnummer
Rangnummer cijfer; rangnummer rangcijfer; ranggetal
Schulnote cijfer; schoolcijfer
Zahl cijfer; getal; rangnummer; schoolcijfer aantal; hoeveelheid; kwantiteit
Zensur cijfer; schoolcijfer censuur; rapportcijfer
Ziffer cijfer; rangnummer; schoolcijfer

Verwante woorden van "cijfer":

  • cijferen, cijfers, cijfertje, cijfertjes

Verwante definities voor "cijfer":

  1. aantal punten voor een prestatie1
    • Hassan haalt altijd goede cijfers1
  2. teken waarmee je een getal aangeeft1
    • ik noem een getal van twee cijfers1

Wiktionary: cijfer

cijfer
noun
  1. een enkelvoudig symbool om een telbaar aantal aan te duiden
  2. waardering van een prestatie
cijfer
noun
  1. einzelne Zeichen zur Zahlendarstellung (arabische Ziffern: 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, römische Ziffern: I, V, X, L, C, D, M)
  2. Bezeichnung für den Teil einer Zahl
  3. eine als Zahl oder in Worten ausgedrückte Leistungsbewertung

Cross Translation:
FromToVia
cijfer Ziffer cipher — numeric character
cijfer Ziffer digit — numeral
cijfer Ziffer figure — numeral
cijfer Ziffer; Zahlzeichen; Zahl chiffre — symbole utilisé pour écrire les nombres. (Sens général).