Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. buks:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor buks (Nederlands) in het Duits

buks:

buks [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de buks (karabijn)
    die Büchse; der Karabiner

Vertaal Matrix voor buks:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Büchse buks; karabijn blik; blikje; box; buitenkant; bus; busje; conservenblik; doos; dun metaal; etui; foedraal; huls; koker; kokervormig doosje; metaal; omhulsel; omkleedsel; omwindsel; opbergblik; opbergdoos; opbergruimte; tin; trom; trommel
Karabiner buks; karabijn

Verwante woorden van "buks":

  • buksen

Wiktionary: buks

buks
noun
  1. Gewehr (Schusswaffe)

Cross Translation:
FromToVia
buks Flinte shotgun — gun