Buitensporigheden in het Duits vertaald uit het Nederlands

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

buitensporigheden:
- Ausschreitungen
buitensporigheid:
- Auswuchs; Ausschweifung; Ausschreitung; Übermäßigkeit; Liederlichkeit; Lockerheit; Überfluß; Übermaß; Überschuß; Zuviel
Wiktionary:
- buitensporigheid → Ausschreitung, Exzess, Übermaß, Übertreibungen, Unmäßigkeit, Zügellosigkeit, Überfülle, Maßlosigkeit, Ausschweifung

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor buitensporigheden (Nederlands) in het Duits

de buitensporigheden
die Ausschreitungen
- Ausschreitungen [die ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Ausschreitungen	buitensporigheden	ongeregeldheden; overtredingen; vergrijpen; wanordelijkheden

de buitensporigheid (exces; uitspatting; uitwas; buitenissigheid)
der Auswuchs; die Ausschweifung; die Ausschreitung; die Übermäßigkeit
- Auswuchs [der ~] zelfstandig naamwoord
- Ausschweifung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ausschreitung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Übermäßigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
de buitensporigheid (losbandigheid; zedeloosheid; uitspatting; bandeloosheid)
die Liederlichkeit; die Lockerheit
- Liederlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Lockerheit [die ~] zelfstandig naamwoord
de buitensporigheid (overvloed; exces; overdaad)
der Überfluß; Übermaß; der Auswuchs; der Überschuß; Zuviel
- Überfluß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Übermaß [das ~] zelfstandig naamwoord
- Auswuchs [der ~] zelfstandig naamwoord
- Überschuß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Zuviel [das ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Ausschreitung	buitenissigheid; buitensporigheid; exces; uitspatting; uitwas	delict; ongeregeldheid; overtreding; vergrijp
Ausschweifung	buitenissigheid; buitensporigheid; exces; uitspatting; uitwas
Auswuchs	buitenissigheid; buitensporigheid; exces; overdaad; overvloed; uitspatting; uitwas	overdaad; overmaat; surplus; teveel
Liederlichkeit	bandeloosheid; buitensporigheid; losbandigheid; uitspatting; zedeloosheid	liederlijkheid
Lockerheit	bandeloosheid; buitensporigheid; losbandigheid; uitspatting; zedeloosheid	losheid; mulheid
Zuviel	buitensporigheid; exces; overdaad; overvloed	agio; exces; overdaad; overmaat; overschot; rest; surplus; teveel
Überfluß	buitensporigheid; exces; overdaad; overvloed	luxe; overdaad; overmaat; overvloed; pracht; surplus; teveel; weelde; weelderigheid
Übermaß	buitensporigheid; exces; overdaad; overvloed	overdaad; overmaat; rijkelijke maat; surplus; teveel
Übermäßigkeit	buitenissigheid; buitensporigheid; exces; uitspatting; uitwas
Überschuß	buitensporigheid; exces; overdaad; overvloed	agio; exces; overdaad; overmaat; overschot; rest; rijkelijke maat; saldo; surplus; teveel

Cross Translation:

From	To	Via
• buitensporigheid	→ Ausschreitung; Exzess; Übermaß; Übertreibungen; Unmäßigkeit; Zügellosigkeit; Überfülle; Maßlosigkeit; Ausschweifung	↔ excès — Ce qui est en trop.