Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. bijgesloten:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bijgesloten (Nederlands) in het Duits

bijgesloten:

bijgesloten bijvoeglijk naamwoord

  1. bijgesloten (bijgevoegd; bijgaand)
    beigeschlossen; beigefügt; anbei
  2. bijgesloten (bijbehorend)
    zugehörig

Vertaal Matrix voor bijgesloten:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anbei bijgaand; bijgesloten; bijgevoegd inliggend
beigefügt bijgaand; bijgesloten; bijgevoegd extra; inliggend; toegevoegd
beigeschlossen bijgaand; bijgesloten; bijgevoegd inliggend
zugehörig bijbehorend; bijgesloten behorende tot

Wiktionary: bijgesloten

bijgesloten
verb
  1. zu etwas hinzufügen
  2. zu etwas dazulegen, mit etwas zusammen versenden