Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Aussparung
|
bezuiniging; kostenverlaging
|
kloof; opening; spleet; tussenruimte; uitsparing
|
Einsparung
|
bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; inkrimping; kostenbesparing; kostenverlaging; verkorting
|
beknotting; inkrimping; kleiner maken; reduceren; spaarzaamheid; zuinig zijn; zuinigheid
|
Ersparnis
|
bezuiniging; kostenverlaging
|
activa; baten; bezit; spaarcentjes; spaargeld; spaarpenningen; spaartegoed; tegoed
|
Ersparung
|
bezuiniging; kostenverlaging
|
|
Kostenersparnis
|
bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; inkrimping; kostenbesparing; verkorting
|
|
Rückgang
|
bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; inkrimping; kostenbesparing; verkorting
|
achteruitgang; afname; afnames; atavisme; bederf; daling; inzinking; minder worden; teruggang; terugloop; val; vermindering; verrotting; verval; vervallingen
|
Senkung
|
bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; inkrimping; kostenbesparing; verkorting
|
afname; daling; flauwe helling; glooiing; laagte; laten zakken; minder worden; neerlaten; ontering; salarisverlaging; terugloop; uitzakking; val; verlaging; verzakking
|
Verminderung
|
bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; inkrimping; kostenbesparing; verkorting
|
afname; afzwakking; daling; inkrimping; kleiner maken; minder worden; ontering; reduceren; salarisverlaging; teruggang; terugloop; verlaging; vermindering
|
Verringerung
|
bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; inkrimping; kostenbesparing; verkorting
|
afname; afzwakking; daling; ontering; salarisverlaging; teruggang; terugloop; verkleining; verlaging; vermindering
|