Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- bekabeld:
- bekabelen:
-
Wiktionary:
- bekabelen → verkabeln
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor bekabeld (Nederlands) in het Duits
bekabeld:
-
bekabeld
Vertaal Matrix voor bekabeld:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Kabel- | bekabeld | |
verkabelt | bekabeld |
bekabelen:
-
bekabelen
verkabeln; mit Kabeln versehen-
verkabeln werkwoord
-
mit Kabeln versehen werkwoord (versehe mit Kabeln, versiehst mit Kabeln, versieht mit Kabeln, versah mit Kabeln, versaht mit Kabeln, mit Kabeln versehen)
-
Conjugations for bekabelen:
o.t.t.
- bekabel
- bekabelt
- bekabelt
- bekabelen
- bekabelen
- bekabelen
o.v.t.
- bekabelde
- bekabelde
- bekabelde
- bekabelden
- bekabelden
- bekabelden
v.t.t.
- heb bekabeld
- hebt bekabeld
- heeft bekabeld
- hebben bekabeld
- hebben bekabeld
- hebben bekabeld
v.v.t.
- had bekabeld
- had bekabeld
- had bekabeld
- hadden bekabeld
- hadden bekabeld
- hadden bekabeld
o.t.t.t.
- zal bekabelen
- zult bekabelen
- zal bekabelen
- zullen bekabelen
- zullen bekabelen
- zullen bekabelen
o.v.t.t.
- zou bekabelen
- zou bekabelen
- zou bekabelen
- zouden bekabelen
- zouden bekabelen
- zouden bekabelen
diversen
- bekabel!
- bekabelt!
- bekabeld
- bekabelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor bekabelen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
mit Kabeln versehen | bekabelen | |
verkabeln | bekabelen |