Nederlands
Uitgebreide vertaling voor behendigheid (Nederlands) in het Duits
behendigheid:
-
de behendigheid (kunstgreep; kunst; truc; handigheid; kunstje)
Vertaal Matrix voor behendigheid:
Verwante woorden van "behendigheid":
behendig:
-
behendig (handig; vaardig; bekwaam; kundig)
handlich; geschickt; klug; treffend; tüchtig; pfiffig; spitzfindig; gewandt; tauglich; geübt; raffiniert; scharfsinnig; schlau-
handlich bijvoeglijk naamwoord
-
geschickt bijvoeglijk naamwoord
-
klug bijvoeglijk naamwoord
-
treffend bijvoeglijk naamwoord
-
tüchtig bijvoeglijk naamwoord
-
pfiffig bijvoeglijk naamwoord
-
spitzfindig bijvoeglijk naamwoord
-
gewandt bijvoeglijk naamwoord
-
tauglich bijvoeglijk naamwoord
-
geübt bijvoeglijk naamwoord
-
raffiniert bijvoeglijk naamwoord
-
scharfsinnig bijvoeglijk naamwoord
-
schlau bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor behendig:
Verwante woorden van "behendig":
Wiktionary: behendig
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• behendig | → wendig; agil; behände | ↔ agile — having the faculty of quick motion in the limbs |
• behendig | → gelenkig; schnell; wendig; flink; behänd | ↔ nimble — quick and light in movement or action |
• behendig | → geschickt; gewandt; schlau; gescheit | ↔ adroit — Qui a de l’adresse. (Sens général). |
• behendig | → anstellig; behende; fix; geschickt; geübt; gewandt | ↔ habile — adroit ; qui fait ce qu’il entreprendre avec souplesse. |
Computer vertaling door derden: