Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. bankwerkers:
  2. bankwerker:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bankwerkers (Nederlands) in het Duits

bankwerkers:

bankwerkers [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de bankwerkers
    der Schlosser

Vertaal Matrix voor bankwerkers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schlosser bankwerkers bankwerker; monteur; monteurs; slotenmaker; slotenmakers

Verwante woorden van "bankwerkers":


bankwerker:

bankwerker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de bankwerker
    der Schlosser

Vertaal Matrix voor bankwerker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schlosser bankwerker bankwerkers; monteur; monteurs; slotenmaker; slotenmakers

Verwante woorden van "bankwerker":