Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. asfalt:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor asfalt (Nederlands) in het Duits

asfalt:

asfalt [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het asfalt
    der Asphalt
    • Asphalt [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor asfalt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Asphalt asfalt

Wiktionary: asfalt

asfalt
noun
  1. een mengsel van bitumen en minerale aggregaten, dat vooral als wegdek gebruikt wordt
asfalt
noun
  1. eine natürliche oder eine technisch hergestellte Mischung aus Bitumen und Mineralstoffen, die im Straßenbau verwendet wird

Cross Translation:
FromToVia
asfalt Asphalt asphalt — asphalt concrete
asfalt Asphalt; Teermakadam tarmac — bituminous road surface
asfalt Asphalt; Erdpech asphaltebitume compact, noir et luisant, très fusible, que l’on trouver à la surface de quelques lacs, et particulièrement sur la mer Morte ou lac Asphaltite dans l’ancienne Judée.
asfalt Bitumen bitumematière minérale, inflammable, liquide et jaunâtre, ou solide et noire.