Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. arrest:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor arrest (Nederlands) in het Duits

arrest:

arrest [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het arrest
    der Arrest
    • Arrest [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor arrest:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Arrest arrest beslaglegging; nablijven; schoolblijven

Verwante woorden van "arrest":


Wiktionary: arrest


Cross Translation:
FromToVia
arrest Arrest arrest — confinement, as after an arrest
arrest Arrest; Haft arrestation — just|fr action d’arrêter quelqu’un pour l’emprisonner.
arrest Stillstand arrêt — Action de s’arrêter ; fait d’être arrêté