Nederlands
Uitgebreide vertaling voor afreageren (Nederlands) in het Duits
afreageren:
-
afreageren (luchten)
auslassen; abreagieren-
abreagieren werkwoord (reagiere ab, reagierst ab, reagiert ab, reagierte ab, reagiertet ab, abreagiert)
Conjugations for afreageren:
o.t.t.
- reageer af
- reageert af
- reageert af
- reageren af
- reageren af
- reageren af
o.v.t.
- reageerde af
- reageerde af
- reageerde af
- reageerden af
- reageerden af
- reageerden af
v.t.t.
- heb afgereageerd
- hebt afgereageerd
- heeft afgereageerd
- hebben afgereageerd
- hebben afgereageerd
- hebben afgereageerd
v.v.t.
- had afgereageerd
- had afgereageerd
- had afgereageerd
- hadden afgereageerd
- hadden afgereageerd
- hadden afgereageerd
o.t.t.t.
- zal afreageren
- zult afreageren
- zal afreageren
- zullen afreageren
- zullen afreageren
- zullen afreageren
o.v.t.t.
- zou afreageren
- zou afreageren
- zou afreageren
- zouden afreageren
- zouden afreageren
- zouden afreageren
diversen
- reageer af!
- reageert af!
- afgereageerd
- afreagerende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor afreageren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
abreagieren | afreageren; luchten | |
auslassen | afreageren; luchten | minder stijf worden; overslaan; weglaten; wegsmelten |
Wiktionary: afreageren
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• afreageren | → abreagieren | ↔ abreact — eliminate previously repressed emotions |