Nederlands
Uitgebreide vertaling voor aflevering (Nederlands) in het Duits
aflevering:
-
de aflevering (levering; zending; uitlevering; leverantie)
die Lieferung; die Ablieferung; die Sendung; die Auslieferung; der Versand; die Versandung; die Versendung; die Beförderung; die Einschickung -
de aflevering (uitlevering; overdracht; afstaan)
-
de aflevering (editie; uitgave)
-
de aflevering (afleveren; afgeven)
Vertaal Matrix voor aflevering:
Wiktionary: aflevering
aflevering
Cross Translation:
noun
aflevering
-
elk onderdeel van een tv-serie dat op regelmatige tijden wordt uitgebracht of uitgezonden
- aflevering → Folge
noun
-
einzelne Nummer einer Zeitschrift
- Heft → aflevering; nummer
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• aflevering | → Episode; Folge | ↔ episode — installment of a drama told in parts |
• aflevering | → Folge | ↔ installment — part of a serial |