Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
-
aangezien:
- da; weil; angesichts
- aanzien:
- Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor aangezien (Nederlands) in het Duits
aangezien:
-
aangezien (vermits; daar)
da; weil; angesichts-
da bijvoeglijk naamwoord
-
weil bijvoeglijk naamwoord
-
angesichts bijvoeglijk naamwoord
-
-
aangezien (omdat; daar)
Vertaal Matrix voor aangezien:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | daar | |
Conjunction | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | omdat | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
angesichts | aangezien; daar; vermits | daar; daarginds; ginder; ginds |
da | aangezien; daar; omdat; vermits | aldaar; alsdan; daar; daarginds; destijds; ginder; ginds; immers; indertijd; naar; omdat; toen; toenmaals; toentertijd; tzp; zoals |
weil | aangezien; daar; omdat; vermits | naar; omdat; zoals |
Verwante woorden van "aangezien":
Synoniemen voor "aangezien":
Verwante definities voor "aangezien":
aangezien vorm van aanzien:
-
het aanzien (niveau; achting)
-
het aanzien (prestige; status; achtbaarheid)
-
het aanzien (allure)
-
het aanzien (exterieur)
-
het aanzien (eminentie; grootheid; verhevenheid; edel; verheffing; hoogheid)
-
het aanzien (uiterlijk; verschijning; voorkomen; gedaante; type; buitenkant; vorm; vertoon; aangezicht; gelaat)
-
aanzien (aankijken; aanblikken)
Conjugations for aanzien:
o.t.t.
- zie aan
- ziet aan
- ziet aan
- zien aan
- zien aan
- zien aan
o.v.t.
- zag aan
- zag aan
- zag aan
- zagen aan
- zagen aan
- zagen aan
v.t.t.
- heb aangezien
- hebt aangezien
- heeft aangezien
- hebben aangezien
- hebben aangezien
- hebben aangezien
v.v.t.
- had aangezien
- had aangezien
- had aangezien
- hadden aangezien
- hadden aangezien
- hadden aangezien
o.t.t.t.
- zal aanzien
- zult aanzien
- zal aanzien
- zullen aanzien
- zullen aanzien
- zullen aanzien
o.v.t.t.
- zou aanzien
- zou aanzien
- zou aanzien
- zouden aanzien
- zouden aanzien
- zouden aanzien
diversen
- zie aan!
- ziet aan!
- aangezien
- aanzienende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor aanzien:
Synoniemen voor "aanzien":
Verwante definities voor "aanzien":
Wiktionary: aanzien
aanzien
Cross Translation:
noun
aanzien
-
hoe men door anderen gezien wordt
- aanzien → Ansehen
verb
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• aanzien | → Prestige | ↔ prestige — dignity, status, or esteem |
• aanzien | → Luft; Anschein; Ansehen; Augenschein; Aussehen; Schein; Äußere; Gesicht; Miene; Anblick; Aspekt; Erscheinung | ↔ air — mélange gazeux constituer l’atmosphère. |
• aanzien | → Eile; Geschwindigkeit; Hast; Anblick; Aussehen; Aspekt; Erscheinung | ↔ allure — façon d’aller, de marcher. |
• aanzien | → dulden | ↔ tolérer — supporter. |
Computer vertaling door derden: