Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor prenten (Nederlands) in het Duits
prenten:
-
prenten
Conjugations for prenten:
o.t.t.
- prent
- prent
- prent
- prenten
- prenten
- prenten
o.v.t.
- prentte
- prentte
- prentte
- prentten
- prentten
- prentten
v.t.t.
- heb geprent
- hebt geprent
- heeft geprent
- hebben geprent
- hebben geprent
- hebben geprent
v.v.t.
- had geprent
- had geprent
- had geprent
- hadden geprent
- hadden geprent
- hadden geprent
o.t.t.t.
- zal prenten
- zult prenten
- zal prenten
- zullen prenten
- zullen prenten
- zullen prenten
o.v.t.t.
- zou prenten
- zou prenten
- zou prenten
- zouden prenten
- zouden prenten
- zouden prenten
diversen
- prent!
- prent!
- geprent
- prentend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor prenten:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
abdrucken | prenten | |
ausdrucken | prenten | |
prenten | printen |
Verwante woorden van "prenten":
prenten vorm van prent:
Vertaal Matrix voor prent:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Abbilden | afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel | afbeelden; afschilderen |
Abbildung | afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel | grafische illustratie; visioen |
Bild | afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel | afbeelding; beeld; beeldhouwwerk; digitale afbeelding; doek; foto; kiek; opvoering; parade; scherm; schilderij; schildering; schilderstuk; sculptuur; show; staatsie; tableau; vertoning; visioen; voorstelling |
Bildnis | afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel | beeld; beeldhouwwerk; beeltenis; konterfeitsel; plaatje; sculptuur |
Konterfei | afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel | konterfeitsel |
Porträt | afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel |