Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. knop:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor knop (Nederlands) in het Duits

knop:

knop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de knop (schakelaar; schakelknop)
    der Knopf; der Schalter
    • Knopf [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Schalter [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. de knop (bloemknop)
    die Knospe; die Blumenknospe
  3. de knop (lichtknop)
    der Schalter
    • Schalter [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor knop:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Blumenknospe bloemknop; knop
Knopf knop; schakelaar; schakelknop knopje
Knospe bloemknop; knop
Schalter knop; lichtknop; schakelaar; schakelknop knoppen; loket; loketten; schakelaars; schakeloptie
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Maustaste knop
Schaltfläche knop drukknop; opdrachtknop
Taste knop toets

Verwante woorden van "knop":


Wiktionary: knop

knop
noun
  1. Botanik: ein neuer Trieb, aus dem sich Blätter oder Blüten entwickeln

Cross Translation:
FromToVia
knop Knospe bud — newly formed leaf or flower that has not yet unfolded
knop Taste button — a mechanical device meant to be pressed with a finger
knop Knospe button — botany: a bud
knop Knopf; Schalter bouton — Commande d’un appareil