Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Duits ->Zoek: huisvrouw

Nederlandse en Duitse zoekresultaten voor: huisvrouw

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

huisvrouw:
- Hausfrau
Wiktionary:
- huisvrouw → Hausfrau
- huisvrouw → Hausfrau

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor huisvrouw (Nederlands) in het Duits

huisvrouw:

huisvrouw [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de huisvrouw
die Hausfrau
- Hausfrau [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor huisvrouw:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Hausfrau	huisvrouw

Verwante woorden van "huisvrouw":

huisvrouwen, huisvrouwtje

Wiktionary: huisvrouw

huisvrouw

noun

eine Frau, die Hausarbeiten erledigt
- Hausfrau → huisvrouw

Cross Translation:

From	To	Via
• huisvrouw	→ Hausfrau	↔ housewife — female head of household