Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Duits ->Zoek: hij

Nederlandse en Duitse zoekresultaten voor: hij

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

hij:
- er
Wiktionary:
- hij → er
- hij → er, es, sie

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hij (Nederlands) in het Duits

hij:

hij

hij

– derde persoon enkelvoud, mannelijk onderwerp ¹
er
- er

Vertaal Matrix voor hij:

Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
er	hij

Verwante definities voor "hij":

derde persoon enkelvoud, mannelijk onderwerp¹
- dat is mijn vader, hij heet Jan¹

Wiktionary: hij

hij

pronoun

Nominatief mannelijk derde persoon enkelvoud nv.nom
- hij → er

Cross Translation:

From	To	Via
• hij	→ er	↔ he — personal pronoun "he"
• hij	→ es; sie; er	↔ it — subject — inanimate thing
• hij	→ er	↔ il — Personne, animal ou chose

Verwante vertalingen van hij

hij die ontvangt

¹Muiswerk Woordenboek