Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- blank:
-
Wiktionary:
- blank → blond, hellhäutig, hell, weiß, weiss, unbescholten, makellos
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- blank:
-
Wiktionary:
- blank → briljant, glanzend, lumineus, schitterend, luisterrijk, opgeprikt, pompeus, weids, grandioos, groots, overweldigend, verheven, beeldschoon, magnifiek, prachtig, eenvoudig, enkelvoudig, simpel, helder, louter, schoon, proper, puur, rein, zindelijk, zuiver, bloot, enkel, absoluut, onvermengd, onvoorwaardelijk, volstrekt
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor blank (Nederlands) in het Duits
blank:
-
blank (ongelakt)
unlackiert-
unlackiert bijvoeglijk naamwoord
-
-
blank (wit van huidskleur; wit)
-
blank (kleurloos; bleek; ongekleurd)
Vertaal Matrix voor blank:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
blaß | blank; wit; wit van huidskleur | bleek; bleek van gelaatskleur; doodsbleek; flets; grauw; kleurloos; lijkbleek; lijkwit; pips; sneeuwwit; spierwit; vaal; wit |
bleich | blank; wit; wit van huidskleur | bleek; bleek van gelaatskleur; flets; grauw; mat; pips; vaal; wit |
farblos | blank; bleek; kleurloos; ongekleurd | beslagen; bleek; dof; flauw; flets; glansloos; grauw; grauwkleurig; grijs; mat; niet helder; vaal; verschoten; verveloos; verweerd |
ungefärbt | blank; bleek; kleurloos; ongekleurd | |
unlackiert | blank; ongelakt | |
weiß | blank; wit; wit van huidskleur | bleek; bleek van gelaatskleur; wit |
Verwante woorden van "blank":
Verwante definities voor "blank":
Duits
Uitgebreide vertaling voor blank (Duits) in het Nederlands
blank:
-
blank (pleite; abgebrannt)
-
blank (eindeutig; entschieden; offensichtlich; klar; verständlich; übersichtlich; anschaulich; erkennbar; sichtbar; einleuchtend; vernehmlich; unverkennbar; sonnenklar; vernehmbar)
-
blank (blinkend; glimmend; strahlend; glatt)
-
blank (schimmernd; glatt; strahlend; glimmend)
glunderend-
glunderend bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor blank:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
blinkend | blank; blinkend; glatt; glimmend; strahlend | |
blut | abgebrannt; blank; pleite | |
eenduidig | anschaulich; blank; eindeutig; einleuchtend; entschieden; erkennbar; klar; offensichtlich; sichtbar; sonnenklar; unverkennbar; vernehmbar; vernehmlich; verständlich; übersichtlich | |
ondubbelzinnig | anschaulich; blank; eindeutig; einleuchtend; entschieden; erkennbar; klar; offensichtlich; sichtbar; sonnenklar; unverkennbar; vernehmbar; vernehmlich; verständlich; übersichtlich | ausgeprägt; markant; prononciert; unverkennbar |
platzak | abgebrannt; blank; pleite | mit leerer Tasche |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
afgebrand | abgebrannt; blank; pleite | |
glimmend | blank; blinkend; glatt; glimmend; strahlend | |
glunderend | blank; glatt; glimmend; schimmernd; strahlend |
Synoniemen voor "blank":
Wiktionary: blank
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• blank | → briljant; glanzend; lumineus; schitterend | ↔ luisant — Qui luire, qui jeter quelque lumière. |
• blank | → luisterrijk; opgeprikt; pompeus; weids; grandioos; groots; overweldigend; verheven; briljant; glanzend; lumineus; schitterend; beeldschoon; magnifiek; prachtig | ↔ magnifique — Qui est plein de magnificence, somptueux. |
• blank | → eenvoudig; enkelvoudig; simpel; helder; louter; schoon; proper; puur; rein; zindelijk; zuiver; bloot; enkel; absoluut; onvermengd; onvoorwaardelijk; volstrekt | ↔ pur — Qui est sans mélange. |