Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Duits ->Zoek: brief

Nederlandse en Duitse zoekresultaten voor: brief

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Brief:
- brief; schrijven; epistel
Wiktionary:
- Brief → brief
- Brief → brief, epistel, missive, schrijven

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor brief (Nederlands) in het Duits

brief:

brief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de brief (epistel; schrijven)
der Brief; Schreiben; der Aufsatz; die Epistel
- Brief [der ~] zelfstandig naamwoord
- Schreiben [das ~] zelfstandig naamwoord
- Aufsatz [der ~] zelfstandig naamwoord
- Epistel [die ~] zelfstandig naamwoord

brief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de brief
der Brief
- Brief [der ~] zelfstandig naamwoord

brief

brief
Schreiben
- Schreiben

Vertaal Matrix voor brief:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Aufsatz	brief; epistel; schrijven	bovenstuk; brokje; eindje; fragmentje; klein stukje; opstel; partje; scriptie; snippertje; stukje; verslag
Brief	brief; epistel; schrijven
Epistel	brief; epistel; schrijven	epistel; strafpredikatie; zendbrief der Apostelen
Schreiben	brief; epistel; schrijven	aanschrijving; aanzegging; dagingen; dagvaardingen; deurwaardersexploot; kennisgeving; schrijvens; sommatie
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Schreiben	brief

Verwante woorden van "brief":

briefen, brieven, briefje, briefjes

Verwante definities voor "brief":

bankbiljet¹
- een briefje van honderd¹
geschreven boodschap aan iemand¹
- ik schrijf mijn moeder een brief¹

Wiktionary: brief

brief

noun

een geschreven bericht van een persoon naar een ander, meestal in een omslag per post verzonden
- brief → Brief

brief

noun

eine geschriebene, verschlossene Mitteilung, die (meist gegen Bezahlung) per Post oder Boten verschickt wird
- Brief → brief

Cross Translation:

From	To	Via
• brief	→ Anschreiben	↔ cover letter — letter to introduce a document
• brief	→ Brief	↔ letter — written message
• brief	→ Zeile; ein <a class="defDestWord" href="https://www.interglot.nl/woordenboek/de/nl/search?q=paar&l=nl%7Csv" title="Vertaal 'paar' van Duits naar Nederlands"><span lang="de">paar</span></a> <a class="defDestWord" href="https://www.interglot.nl/woordenboek/de/nl/search?q=Zeilen&l=nl%7Csv" title="Vertaal 'Zeilen' van Duits naar Nederlands"><span lang="de">Zeilen</span></a>	↔ line — letter, written form of communication
• brief	→ Brief	↔ lettre — Message écrit

Verwante vertalingen van brief

Duits

Uitgebreide vertaling voor brief (Duits) in het Nederlands

Brief:

Brief [der ~] zelfstandig naamwoord

der Brief (Epistel; Schreiben; Aufsatz)
de brief; het schrijven; de epistel
- brief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- schrijven [het ~] zelfstandig naamwoord
- epistel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
der Brief
de brief
- brief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Brief:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
brief	Aufsatz; Brief; Epistel; Schreiben
epistel	Aufsatz; Brief; Epistel; Schreiben	Epistel
schrijven	Aufsatz; Brief; Epistel; Schreiben	Autorschaft; Schriftstellerei
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
schrijven		korrespondieren; schreiben
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
brief		Schreiben

Synoniemen voor "Brief":

Schreiben; Schrieb; Wisch; Zuschrift; Bericht; Botschaft; Informationsaustausch; Mitteilung; Nachricht

Wiktionary: Brief

Brief

noun

eine geschriebene, verschlossene Mitteilung, die (meist gegen Bezahlung) per Post oder Boten verschickt wird
- Brief → brief

Brief

noun

een geschreven bericht van een persoon naar een ander, meestal in een omslag per post verzonden
- brief → Brief

Cross Translation:

From	To	Via
• Brief	→ brief	↔ letter — written message
• Brief	→ brief; epistel; missive; schrijven	↔ lettre — Message écrit

Verwante vertalingen van brief

¹Muiswerk Woordenboek