Nederlands
Uitgebreide vertaling voor drager (Nederlands) in het Duits
drager:
-
de drager (eigenaar; houder; bezitter)
der Besitzer; der Eigentümer; der Inhaber; die Besitzerin; der Eigentümerin; der Lizenzinhaber; die Inhaberin -
de drager (kruier; bagagedrager; sjouwer)
Vertaal Matrix voor drager:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Besitzer | bezitter; drager; eigenaar; houder | eigenaar; handhaver |
Besitzerin | bezitter; drager; eigenaar; houder | bezitster; eigenares; vrouwelijke eigenaar |
Eigentümer | bezitter; drager; eigenaar; houder | |
Eigentümerin | bezitter; drager; eigenaar; houder | bezitster; eigenares; vrouwelijke eigenaar |
Gepäckkarren | bagagedrager; drager; kruier; sjouwer | |
Gepäckträger | bagagedrager; drager; kruier; sjouwer | bagagerek op autodak; imperiaal; lastdrager; sjouwer; voorbagagedrager; voordrager |
Inhaber | bezitter; drager; eigenaar; houder | licentiehouder; toonder; vergunninghouder |
Inhaberin | bezitter; drager; eigenaar; houder | bezitster; eigenares; vrouwelijke eigenaar |
Lastträger | bagagedrager; drager; kruier; sjouwer | lastdrager; sjouwer |
Lizenzinhaber | bezitter; drager; eigenaar; houder | licentiehouder; vergunninghouder |
Träger | bagagedrager; drager; kruier; sjouwer | draagbalk; latei; ligger; schoor; schoorbalk; schraag; schuinse steunbalk; steunbalk; stutbalk |
Verwante woorden van "drager":
Wiktionary: drager
drager
Cross Translation:
noun
-
een dunne laag van een fotografische film die de lichtgevoelige emulsie beschermt en de film stevigheid geeft
- drager → Zelluloid
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• drager | → Träger | ↔ carrier — person or object that carries someone or something else |
• drager | → Stütze; Lehne; Strebe; Abstützen; Unterstützung; Hilfe | ↔ appui — Ce qui sert à soutenir une chose ou une personne pour l’empêcher de tomber, de chanceler, etc. |