Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aandikken (Nederlands) in het Duits

aandikken:

aandikken werkwoord (dik aan, dikt aan, dikte aan, dikten aan, aangedikt)

  1. aandikken (iets overdreven voorstellen; overdrijven; opkloppen; opblazen)
    übertreiben; aufbauschen; andicken
    • übertreiben werkwoord (übertreibe, übertreibst, übertreibt, übertrieb, übertriebt, übertrieben)
    • aufbauschen werkwoord (bausche auf, bauscht auf, bauschte auf, bauschtet auf, aufgebauscht)
    • andicken werkwoord (dicke an, dickst an, dickt an, dickte an, dicktet an, angedickt)
  2. aandikken (overdreven voorstellen; overdrijven; opkloppen; opblazen; opschroeven)
    aufblasen; übertreiben; aufbauschen; andicken
    • aufblasen werkwoord (blase auf, bläst auf, blies auf, bliest auf, aufgeblasen)
    • übertreiben werkwoord (übertreibe, übertreibst, übertreibt, übertrieb, übertriebt, übertrieben)
    • aufbauschen werkwoord (bausche auf, bauscht auf, bauschte auf, bauschtet auf, aufgebauscht)
    • andicken werkwoord (dicke an, dickst an, dickt an, dickte an, dicktet an, angedickt)

Conjugations for aandikken:

o.t.t.
  1. dik aan
  2. dikt aan
  3. dikt aan
  4. dikten aan
  5. dikten aan
  6. dikten aan
o.v.t.
  1. dikte aan
  2. dikte aan
  3. dikte aan
  4. dikten aan
  5. dikten aan
  6. dikten aan
v.t.t.
  1. heb aangedikt
  2. hebt aangedikt
  3. heeft aangedikt
  4. hebben aangedikt
  5. hebben aangedikt
  6. hebben aangedikt
v.v.t.
  1. had aangedikt
  2. had aangedikt
  3. had aangedikt
  4. hadden aangedikt
  5. hadden aangedikt
  6. hadden aangedikt
o.t.t.t.
  1. zal aandikken
  2. zult aandikken
  3. zal aandikken
  4. zullen aandikken
  5. zullen aandikken
  6. zullen aandikken
o.v.t.t.
  1. zou aandikken
  2. zou aandikken
  3. zou aandikken
  4. zouden aandikken
  5. zouden aandikken
  6. zouden aandikken
diversen
  1. dik aan!
  2. dikt aan!
  3. aangedikt
  4. aandikkende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor aandikken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
andicken aandikken; iets overdreven voorstellen; opblazen; opkloppen; opschroeven; overdreven voorstellen; overdrijven
aufbauschen aandikken; iets overdreven voorstellen; opblazen; opkloppen; opschroeven; overdreven voorstellen; overdrijven bollen; opbollen
aufblasen aandikken; opblazen; opkloppen; opschroeven; overdreven voorstellen; overdrijven
übertreiben aandikken; iets overdreven voorstellen; opblazen; opkloppen; opschroeven; overdreven voorstellen; overdrijven