Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- wegschenken:
-
Wiktionary:
- wegschenken → liefern, entäußern, fortlassen, überlassen, unterlassen, weggeben, fortgeben, hingeben, preisgeben, ergeben, angeben, anzeigen, denunzieren, hinterbringen, anschwärzen, eine Anzeige wegen … machen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor wegschenken (Nederlands) in het Duits
wegschenken:
-
wegschenken (weggeven; vergeven)
vergeben; ausgeben; schenken; weggeben; geben; auspacken; hergeben; ausplaudern-
ausplaudern werkwoord (plaudere aus, plauderst aus, plaudert aus, plauderte aus, plaudertet aus, ausgeplaudert)
-
wegschenken (ten huwelijk geven; uithuwelijken; uithuwen)
Conjugations for wegschenken:
o.t.t.
- schenk weg
- schenkt weg
- schenkt weg
- schenken weg
- schenken weg
- schenken weg
o.v.t.
- schonk weg
- schonk weg
- schonk weg
- schonken weg
- schonken weg
- schonken weg
v.t.t.
- heb weggeschonken
- hebt weggeschonken
- heeft weggeschonken
- hebben weggeschonken
- hebben weggeschonken
- hebben weggeschonken
v.v.t.
- had weggeschonken
- had weggeschonken
- had weggeschonken
- hadden weggeschonken
- hadden weggeschonken
- hadden weggeschonken
o.t.t.t.
- zal wegschenken
- zult wegschenken
- zal wegschenken
- zullen wegschenken
- zullen wegschenken
- zullen wegschenken
o.v.t.t.
- zou wegschenken
- zou wegschenken
- zou wegschenken
- zouden wegschenken
- zouden wegschenken
- zouden wegschenken
diversen
- schenk weg!
- schenkt weg!
- weggeschonken
- wegschenkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor wegschenken:
Wiktionary: wegschenken
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wegschenken | → liefern; entäußern; fortlassen; überlassen; unterlassen; weggeben; fortgeben; hingeben; preisgeben; ergeben; angeben; anzeigen; denunzieren; hinterbringen; anschwärzen; eine Anzeige wegen … machen | ↔ livrer — Traductions à trier suivant le sens |
Computer vertaling door derden:
Duits
Uitgebreide vertaling voor wegschenken (Duits) in het Nederlands
wegschenken: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- weg: weg; ertussenuit; er op uit; verdwenen; foetsie; ervandoor; ervantussen; vertrokken; voort
- schenken: geven; doneren; schenken; cadeau geven; cadeau doen; vergeven; weggeven; wegschenken
- Weg: weg; baan; straat; straatweg; pad; paadje; jaagpad; trekpad
Computer vertaling door derden: