Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. bereiding:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bereiding (Nederlands) in het Duits

bereiding:

bereiding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de bereiding (toebereiding; bereiden; aanmaken)
    die Zubereitung; die Vorbereitung; die Verfertigung; die Erzeugung; die Anfertigung

Vertaal Matrix voor bereiding:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anfertigung aanmaken; bereiden; bereiding; toebereiding aanmaak; creatie; creëren; fabricage; fabricatie; maak; maaksel; maken; marinade; merk; productie; scheppen; schepping; toebereiding; vervaardiging
Erzeugung aanmaken; bereiden; bereiding; toebereiding aanmaak; fabricage; groei; groeien; groeiproces; maken; marinade; productie; toebereiding; vervaardiging; verwekking; voortbrenging
Verfertigung aanmaken; bereiden; bereiding; toebereiding creatie; creëren; fabricage; maaksel; maken; marinade; productie; scheppen; schepping; toebereiding; vervaardiging
Vorbereitung aanmaken; bereiden; bereiding; toebereiding marinade; toebereiding; voorbereiding
Zubereitung aanmaken; bereiden; bereiding; toebereiding

Verwante woorden van "bereiding":

  • bereidingen

Wiktionary: bereiding


Cross Translation:
FromToVia
bereiding Bereitung; Vorbereitung préparationaction par laquelle on préparer, on se prépare.