Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- vermogen:
- Wiktionary:
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
Vermögen:
- vermogen; geldelijk vermogen; capaciteit; kracht; sterkte; dynamiek; energie; fiksheid; felheid; financiële middelen; geldmiddelen; kapitaal; inhoud; omvatte ruimte; hoofdsom; belangrijkste geldbedrag; fortuintje; fortuin; grote som geld; arbeidskracht; werkvermogen; werkzaamheid; arbeidsvermogen; werkkracht
- Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vermogen (Nederlands) in het Duits
vermogen:
-
het vermogen (geldelijk vermogen)
-
het vermogen (capaciteit; kracht)
-
het vermogen (kracht; macht)
-
vermogen (in staat zijn; kunnen)
Vertaal Matrix voor vermogen:
Verwante woorden van "vermogen":
Synoniemen voor "vermogen":
Verwante definities voor "vermogen":
Wiktionary: vermogen
vermogen
Cross Translation:
noun
-
de kwaliteiten om iets te kunnen doen
- vermogen → Leistung
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vermogen | → Fähigkeit | ↔ ability — quality or state of being able |
• vermogen | → Vermögen | ↔ fortune — lots of riches |
• vermogen | → Vermögen; Macht | ↔ might — ability |
• vermogen | → Leistung | ↔ power — physics: measure of the rate of doing work or transferring energy |
• vermogen | → Wert | ↔ worth — making a fair equivalent of |
• vermogen | → Macht | ↔ capacité — Pouvoirs reconnus par la loi |
• vermogen | → Deckungsmittel; Gelder; Kapital; Bauernhof; Besitzung; Gut; Landgut; Bauerngut | ↔ fonds — ensemble de biens matériels ou immatériels servant à l’usage principal d’une activité. |
• vermogen | → Fähigkeit; Gewalt; Können; Kraft; Macht; Vermögen | ↔ habilité — rare|fr droit|fr résultat de l’habilitation, aptitude. |
Verwante vertalingen van vermogen
Duits
Uitgebreide vertaling voor vermogen (Duits) in het Nederlands
vermögen:
Synoniemen voor "vermögen":
Vermögen:
-
Vermögen (Reichtum)
-
Vermögen (Kapazität; Leistungsvermögen; Fähigkeit; Leistungsfähigkeit; Energie)
-
Vermögen (Dynamik; Geschwindigkeit; Kraft; Schnellheit)
-
Vermögen (finanziellen Mittel; Finanzen; Geld; Kapital; Gelder; Geldmittel; Geldbestand; Kapitalgut)
-
Vermögen (Kapazität; Potential; Fähigkeit; Leistungsvermögen; Leistung; Leistungsfähigkeit; Energie)
-
Vermögen (Hauptbetrag; Geldbestand; Kapital; Gelder; Geldmittel; Kapitalgut)
-
Vermögen (Glück; Erfolg; Glücksfall; Glücksfälle)
het fortuintje -
Vermögen (große Summe Geld; Kapital; Geld; Geldmittel; Geldbestand; Kapitalgut)
-
Vermögen (Leistungsfähigkeit; Tätigkeit; Arbeitsfähigkeit; Arbeitskraft; Tatkraft; Geschäftigkeit; Produktivität)