Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. tegenvaller:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tegenvaller (Nederlands) in het Duits

tegenvaller:

tegenvaller [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tegenvaller (teleurstelling; fiasco; misrekening; )
    die Enttäuschung; der Rückschlag; die Ernüchterung

Vertaal Matrix voor tegenvaller:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Enttäuschung fiasco; flop; misrekening; misslag; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag afknapper; desillusie; ontgoocheling; teleurstelling
Ernüchterung fiasco; flop; misrekening; misslag; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag desillusie; ontgoocheling; ontnuchtering; teleurstelling
Rückschlag fiasco; flop; misrekening; misslag; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag atavisme; terugloop; terugslag; terugstoot

Verwante woorden van "tegenvaller":

  • tegenvallers, tegenvallertje, tegenvallertjes

Wiktionary: tegenvaller

tegenvaller
noun
  1. tegenslag