Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- rol:
- rollen:
-
Wiktionary:
- rol → Rolle
- rol → Ballen, Walze, Zylinder, Rollsiegel, Liste, Tabelle, Verzeichnis, Person, Größe, Persönlichkeit, Figur, Rolle, Trommel
- rollen → rollen, Fuhrpark
- rollen → rollen, quacksalbern, Kurpfuscherei betreiben, wälzen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor rol (Nederlands) in het Duits
rol:
-
de rol (personageuitbeelding)
-
de rol
-
de rol (beveiligingsrol)
Vertaal Matrix voor rol:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Personage | personageuitbeelding; rol | |
Rolle | beveiligingsrol; personageuitbeelding; rol | functie; garenklos; haspel; katrolschijf; klos; klosje; koprol; spoel; werktuig om garen te winden; winder; winding |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Sicherheitsrolle | beveiligingsrol; rol |
Verwante woorden van "rol":
Verwante definities voor "rol":
Wiktionary: rol
rol
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• rol | → Ballen | ↔ bolt — large roll of material |
• rol | → Walze; Zylinder; Rollsiegel | ↔ cylindre — géom|fr solide engendrer par une droite mobile tourner autour d’un axe auquel elle est parallèle. |
• rol | → Liste; Tabelle; Verzeichnis | ↔ liste — désuet|fr bande, bordure. |
• rol | → Person; Größe; Persönlichkeit; Figur | ↔ personnage — personne ; en parlant principalement des hommes, avec une certaine idée de grandeur, d’autorité, d’importance sociale. |
• rol | → Rolle; Walze | ↔ rouleau — Traductions à trier |
• rol | → Trommel | ↔ tambour — instrument de musique |
rol vorm van rollen:
-
rollen (wentelen; draaien; roteren; ronddraaien; kantelen)
rollen; rotieren; herumwirbeln; drehen; herumschwenken; umwenden; kehren; umdrehen; herumdrehen; sich drehen; sich wälzen; kugeln; umkehren; sich herum drehen; verdrehen; transformieren-
herumwirbeln werkwoord (wirble herum, wirbelst herum, wirbelt herum, wirbelte herum, wirbeltet herum, herumgewirbelt)
-
herumschwenken werkwoord (schwenke herum, schwenkst herum, schwenkt herum, schwenkte herum, schwenktet herum, herumgeschwenkt)
-
herumdrehen werkwoord (drehe herum, drehst herum, dreht herum, drehte herum, drehtet herum, herumgedreht)
-
sich drehen werkwoord (drehe mich, drehst dich, dreht sich, drehte sich, drehtet euch, sich gedreht)
-
sich herum drehen werkwoord
-
transformieren werkwoord (transformiere, transformierst, transformiert, transformierte, transformiertet, transformiert)
Conjugations for rollen:
o.t.t.
- rol
- rolt
- rolt
- rollen
- rollen
- rollen
o.v.t.
- rolde
- rolde
- rolde
- rolden
- rolden
- rolden
v.t.t.
- heb gerold
- hebt gerold
- heeft gerold
- hebben gerold
- hebben gerold
- hebben gerold
v.v.t.
- had gerold
- had gerold
- had gerold
- hadden gerold
- hadden gerold
- hadden gerold
o.t.t.t.
- zal rollen
- zult rollen
- zal rollen
- zullen rollen
- zullen rollen
- zullen rollen
o.v.t.t.
- zou rollen
- zou rollen
- zou rollen
- zouden rollen
- zouden rollen
- zouden rollen
en verder
- ben gerold
- bent gerold
- is gerold
- zijn gerold
- zijn gerold
- zijn gerold
diversen
- rol!
- rolt!
- gerold
- rollend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor rollen:
Verwante woorden van "rollen":
Wiktionary: rollen
rollen
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• rollen | → rollen | ↔ roll — to cause to revolve |
• rollen | → rollen | ↔ roll — to drive or impel forward with an easy motion |
• rollen | → rollen | ↔ roll — to move, or cause to be moved, upon rollers or small wheels |
• rollen | → quacksalbern; Kurpfuscherei betreiben; rollen; wälzen | ↔ rouler — Traductions à trier suivant le sens |