Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- monotoon:
-
Wiktionary:
- monotoon → monoton, abwechslungslos, eintönig
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor monotoon (Nederlands) in het Duits
monotoon:
-
monotoon (saai; vervelend; eentonig; suf; slaapverwekkend; afgezaagd)
langweilig; eintönig; fahl; schlafbringend; öde; fade; geisttötend; geistlos; einförmig-
langweilig bijvoeglijk naamwoord
-
eintönig bijvoeglijk naamwoord
-
fahl bijvoeglijk naamwoord
-
schlafbringend bijvoeglijk naamwoord
-
öde bijvoeglijk naamwoord
-
fade bijvoeglijk naamwoord
-
geisttötend bijvoeglijk naamwoord
-
geistlos bijvoeglijk naamwoord
-
einförmig bijvoeglijk naamwoord
-
-
monotoon (saai; eentonig; slaapverwekkend)
langweilig; eintönig; öde; fade; dösig; abgeschmackt-
langweilig bijvoeglijk naamwoord
-
eintönig bijvoeglijk naamwoord
-
öde bijvoeglijk naamwoord
-
fade bijvoeglijk naamwoord
-
dösig bijvoeglijk naamwoord
-
abgeschmackt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor monotoon:
Verwante woorden van "monotoon":
Wiktionary: monotoon
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • monotoon | → monoton | ↔ monotonous — having an unvarying tone or pitch |
| • monotoon | → monoton; abwechslungslos; eintönig | ↔ monotonous — tedious, repetitious or lacking in variety |
| • monotoon | → eintönig; monoton | ↔ monotone — Qui est toujours sur le même ton, qui n’est pas varier dans ses intonations ou dans ses inflexions. |