Nederlands
Uitgebreide vertaling voor ouwe rakker (Nederlands) in het Duits
ouwe rakker: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- ouwe: Alte; Alten
- rakker: Gauner; Rüpel; Schelm; Bengel; Flegel; Lümmel; Frechdachs; Racker; Lausbube; Lausejunge; Straßenjunge; Ekel; Lump; Taugenichts; Schalk; Schurke; Lausbub; Schmutzfink; Iltis; Schmierfink; Scherzbold
Wiktionary: ouwe rakker
ouwe rakker
-
scherzhaft: Mann