Nederlands
Uitgebreide vertaling voor dwars (Nederlands) in het Duits
dwars:
-
dwars (overdwars; kruiselings)
-
dwars (scheef; schuin)
-
dwars (weerspannig; weerbarstig; koppig; stijfhoofdig; bokkig)
eigenwillig; störrisch; widerspenstig; dickköpfig; eigensinnig; starrköpfig; starrsinnig-
eigenwillig bijvoeglijk naamwoord
-
störrisch bijvoeglijk naamwoord
-
widerspenstig bijvoeglijk naamwoord
-
dickköpfig bijvoeglijk naamwoord
-
eigensinnig bijvoeglijk naamwoord
-
starrköpfig bijvoeglijk naamwoord
-
starrsinnig bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor dwars:
Verwante woorden van "dwars":
Wiktionary: dwars
dwars
Cross Translation:
adverb
-
schräg, von der einen zur anderen Seite
-
querformatig, liegend, waagerecht, horizontal
-
von einer geraden (horizontalen oder vertikalen) Linie abweichend
-
umgangssprachlich: vom Normalen abweichend; nicht schön, nicht häßlich, aber sonderbar und deshalb nicht unbedingt zu akzeptieren
-
sich einer Aufgabe, einem Befehl oder einer Zielvorgabe verweigern oder ihr starken Widerstand bieten
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• dwars | → launisch; mürrisch; zänkisch; übellaunig | ↔ cantankerous — ill-tempered, cranky, surly, crabby |