Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. vallei:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vallei (Nederlands) in het Duits

vallei:

vallei [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de vallei (dal)
    Tal; die Mulde; die Niederung; Bergtal; die Senke
    • Tal [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Mulde [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Niederung [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Bergtal [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Senke [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor vallei:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bergtal dal; vallei bergdal; dal
Mulde dal; vallei grondverzakking; laagte
Niederung dal; vallei bergdal; dal; grondverzakking; laagland; laagte; vlakte
Senke dal; vallei bergdal; dal; grondverzakking; laagte; sink
Tal dal; vallei bergdal; dal

Verwante woorden van "vallei":


Wiktionary: vallei

vallei
noun
  1. een laagte tussen bergen

Cross Translation:
FromToVia
vallei Senke; Tal valley — elongated depression between hills or mountains