Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. verwarming:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verwarming (Nederlands) in het Duits

verwarming:

verwarming [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de verwarming (kachel)
    die Erwärmung; die Heizung; die Feuerung
  2. de verwarming (het verwarmen)
    die Heizung
    • Heizung [die ~] zelfstandig naamwoord
  3. de verwarming (centrale verwarming)
    die Zentralheizung

Vertaal Matrix voor verwarming:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Erwärmung kachel; verwarming kacheltje; kleine kachel; opwarming
Feuerung kachel; verwarming kacheltje; kleine kachel
Heizung het verwarmen; kachel; verwarming kacheltje; kleine kachel; verhitting; verwarmingsinstallatie
Zentralheizung centrale verwarming; verwarming

Verwante woorden van "verwarming":

  • verwarmingen

Verwante definities voor "verwarming":

  1. toestel dat dient om een huis warm te maken1
    • de ketel van de centrale verwarming is stuk1

Wiktionary: verwarming

verwarming
noun
  1. een installatie die voor het verwarmen zorgt

Cross Translation:
FromToVia
verwarming Heizung heating — a system that raises the temperature of a room or building
verwarming Heizung chauffage — action de chauffer

Verwante vertalingen van verwarming