Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. programma:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor programma:
    • programm


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor programma (Nederlands) in het Duits

programma:

programma [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het programma (radio-uitzending; uitzending)
    – uitzending van radio of televisie 1
    die Sendung; die Übertragung; die Ausstrahlung; die Radio-aussendung
  2. het programma (engine)
    der Modul
    • Modul [der ~] zelfstandig naamwoord
  3. het programma (toepassing)
    die Anwendung; Programm; App
  4. het programma

Vertaal Matrix voor programma:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anwendung programma; toepassing aanwenden; aanwending; applicatie; behandeling; gebruik; gewoonte; hantering; toepassing; traditie; usance
Ausstrahlung programma; radio-uitzending; uitzending aura; charisma; lichtkrans; radiatie; straling; uitstraling
Modul engine; programma module
Radio-aussendung programma; radio-uitzending; uitzending
Sendung programma; radio-uitzending; uitzending afgifte; aflevering; bezorging; geleverde; het zenden; leverantie; levering; missie; radio; radioprogramma; roeping; toezending; uitlevering; uitzending; verzending; zending; zending met speciale opdracht
Übertragung programma; radio-uitzending; uitzending cessie; doorgifte; gegevensoverdracht; overdracht; radio; radioprogramma; uitzending
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
App programma; toepassing
Programm programma; toepassing computerprogramma

Verwante woorden van "programma":

  • programmaatje, programmaatjes

Verwante definities voor "programma":

  1. instructie voor verwerking van gegevens door een computer1
    • met dit programma kun je tekstverwerken1
  2. opsomming van wat er gaat gebeuren1
    • op het programma staat een optreden van Paul de Leeuw1
  3. plannen die een politieke partij met het land heeft1
    • het programma van D661
  4. uitzending van radio of televisie1
    • in dit programma aandacht voor de daklozen1

Wiktionary: programma

programma
noun
  1. een applicatie voor de computer
programma
noun
  1. ein Konzept zum Erreichen bestimmter Ziele
  2. ein Hörfunk- oder Fernsehsender
  3. ein Blatt oder Heft, in dem das Programm[3] steht
  4. alle Veranstaltungen, Darbietungen oder Aufführungen in zeitlich festgelegter Reihenfolge bei Theater, Oper, Kino, Rundfunk oder Ähnlichem
  5. eine Folge von Anweisungen für eine Maschine (häufig für einen Computer) oder Anlage

Cross Translation:
FromToVia
programma Agenda agenda — temporally organized plan
programma Tagesordnung agenda — list of matters to be taken up
programma Programm cycle — program on a washing machine
programma Programm program — set of structured activities
programma Programm program — leaflet listing information about a play, game or other activity
programma Programm; Sendung program — performance of a show or other broadcast on radio or television
programma Programm program — software application
programma Termin; Programm; Zeitplan schedule — time-based plan of events

Verwante vertalingen van programma