Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor norm (Nederlands) in het Duits
norm:
Vertaal Matrix voor norm:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Norm | maatstaf; norm; standaard | |
Standard | maatstaf; norm; standaard | standaard; standaardinstelling |
Standarte | maatstaf; norm; standaard | banier; standaard; vaan; vaandel; vaantje; vendel; vlag; vlaggetje; wimpel |
Stander | norm; standaard | |
Ständer | norm; standaard | droogrek; fietsenrek; heugelstang; muziekstandaard; rek |
Verwante woorden van "norm":
Verwante definities voor "norm":
Verwante vertalingen van norm
Duits
Uitgebreide vertaling voor norm (Duits) in het Nederlands
Norm:
Vertaal Matrix voor Norm:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
maatstaf | Norm; Standard; Standarte | Bandmaß; Kriterium; Maßstab; Metermaß; Meßband; Zollstock; Zollstöcke |
norm | Norm; Standard; Standarte | Standard; Standarte; Stander; Ständer |
standaard | Norm; Standard; Standarte | Banner; Fahne; Flagge; Standard; Standarte; Stander; Ständer; Wimpel |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
standaard | standardmäßig |