Nederlands

Uitgebreide vertaling voor lekker (Nederlands) in het Duits

lekker:

lekker bijvoeglijk naamwoord

  1. lekker (smakelijk; verlokkend; aanlokkelijk)
    lecker; appetittlich; schmackhaft; verlockend
  2. lekker (aangenaam; prettig; fijn)
    angenehm; behaglich; wohltuend
  3. lekker (reuzelekker; smakelijk; heerlijk; )
    herrlich; köstlich

Vertaal Matrix voor lekker:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- smakelijk
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
angenehm aangenaam; fijn; lekker; prettig aangenaam; aardig; attent; attractief; behaaglijk; behulpzaam; bevallig; bijzonder aangenaam; charmant; comfortabel; favoriet; fijn; fraai; geestig; geinig; gemakkelijk; genoeglijk; geriefelijk; geschikt; goed ogend; goedaardig; goedhartig; grappig; het meest gewild; heugelijk; heuglijk; hulpvaardig; jofel; knap; knus; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; leuk; lief; lollig; mooi; plezant; plezierig; prettig; slank en smal; sympathiek; tof; verblijdend; voorkomend; vriendelijk; welgevallig; zachtaardig
appetittlich aanlokkelijk; lekker; smakelijk; verlokkend
behaglich aangenaam; fijn; lekker; prettig aangenaam; behaaglijk; comfortabel; fijn; gemakkelijk; genoeglijk; geriefelijk; gerieflijk; knus; leuk; plezant; plezierig; prettig
herrlich heerlijk; hemels; kostelijk; lekker; overheerlijk; reuzelekker; smakelijk; verrukkelijk; zalig aangenaam; aanzienlijk; adelijk; behaaglijk; beroemd; doorluchtig; fijn; gaaf; gedistingeerd; gewichtig; glorierijk; goddelijk; heerlijk; heilig; hemels; hooggeplaatst; illuster; leuk; luisterrijk; lustrijk; magnifiek; mieters; oogverblindend; paradijselijk; plechtig; plechtstatig; plezant; plezierig; prachtig; prettig; roemrijk; roemvol; schitterend; slank en smal; statig; tof; verblindend; verheerlijkt; verheven; verrukkelijk; voornaam; zalig; zeer plechtig
köstlich heerlijk; hemels; kostelijk; lekker; overheerlijk; reuzelekker; smakelijk; verrukkelijk; zalig glorierijk; goddelijk; heerlijk; heilig; hemels; kostelijk; mieters; onbetaalbaar; onschatbaar; paradijselijk; uitstekend; verheerlijkt; verrukkelijk; voortreffelijk; zalig
lecker aanlokkelijk; lekker; smakelijk; verlokkend
schmackhaft aanlokkelijk; lekker; smakelijk; verlokkend aanlokkelijk; aantrekkelijk; attractief; bekoorlijk; uitlokkend; uitnodigend; verleidelijk; verlokkend; verzoekend
verlockend aanlokkelijk; lekker; smakelijk; verlokkend aanlokkelijk; aantrekkelijk; aantrekkelijke; attractief; bekoorlijk; uitlokkend; uitnodigend; verleidelijk; verlokkend; verzoekend
wohltuend aangenaam; fijn; lekker; prettig aangenaam; behaaglijk; bijzonder aangenaam; comfortabel; fijn; gemakkelijk; geriefelijk; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; jofel; knus; leuk; mild; plezant; plezierig; prettig; weldadig; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig

Verwante woorden van "lekker":


Synoniemen voor "lekker":


Antoniemen van "lekker":


Verwante definities voor "lekker":

  1. als je plezier hebt om het verdriet van iemand anders1
    • jij mag lekker niet mee!1
  2. gezond en fit1
    • ik voel me vandaag niet lekker1
  3. prettig en aangenaam1
    • die bloemen ruiken lekker1
  4. wat goed smaakt1
    • wat een lekkere appel is dat!1

Wiktionary: lekker

lekker
adjective
  1. aangenaam van smaak

Cross Translation:
FromToVia
lekker köstlich; lecker; geschmackvoll; schmackhaft delicious — pleasing to taste
lekker heiß; scharf hot — slang: physically very attractive
lekker angenehm; lecker nice — having a pleasant taste or aroma
lekker genießbar; schmackhaft palatable — pleasing to the taste
lekker delikat; wohlschmeckend; schmackhaft savoureux — Qui a une bonne saveur, une saveur agréable.
lekker Saft-; saftig; delikat; wohlschmeckend; schmackhaft succulent — Savoureux

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van lekker