Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- abri:
-
Wiktionary:
- abri → Obdach
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
Abriß:
- sloop; afbraak; plattegrond; grondplan; stadskaart; niveau; plan; laag; peil; stand; ontmanteling; demontage; uiteenname
- Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor abri (Nederlands) in het Duits
abri:
-
de abri (wachthuisje)
-
de abri (bushalte; bushokje)
Vertaal Matrix voor abri:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Bushaltestelle | abri; bushalte; bushokje | bushalte; stopplaats |
Schirmdach | abri; wachthuisje | afdak; beschutting; luifel; luwte |
Vordach | abri; bushalte; bushokje; wachthuisje | afdak; beschutting; luifel; luwte |
Wartehalle | abri; bushalte; bushokje | vertrekhal |
Duits
Uitgebreide vertaling voor abri (Duits) in het Nederlands
Abriß:
-
der Abriß (Abreißen; Verschrottung; Abbruch; Demontage)
-
der Abriß (Strassenkarte; Umrißzeichnung; Lageplan; Grundriß; Auszug; Aufriß; Lageskizze; Skizze; Extrakt)
-
der Abriß (Niveau; Stufe; Plan; Ebene; Höhe; Maßstab; Stock; Vorsatz; Konzept; Vorhaben; Entwurf; Stockwerk; Etage; Kriterium; Gradation; Entwürfe; Skala; Idee; Projekt)
-
der Abriß (Demontage; Abbrechen; Abreißen)
Vertaal Matrix voor Abriß:
Wiktionary: Abriß
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Abriß | → ontwerp; opzet; plan; plattegrond; kaart; landkaart | ↔ plan — À classer |
• Abriß | → blauwdruk; concept; ontwerp; plan; project; opzet; plattegrond | ↔ projet — dessein, idée de ce qu’on penser réaliser, conception des moyens qu’on croire utiles pour exécuter ce qu’on médite. |