Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. splinter:
  2. splinteren:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor splinter (Nederlands) in het Duits

splinter:

splinter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de splinter (scherf; diggel)
    die Scherbe
    • Scherbe [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor splinter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Scherbe diggel; scherf; splinter

Verwante woorden van "splinter":


Verwante definities voor "splinter":

  1. klein stukje materiaal dat ergens vanaf is gesprongen1
    • ik heb een splinter in mijn vinger1

Wiktionary: splinter

splinter
noun
  1. klein puntig scherfje
splinter
noun
  1. Bruchstück aus einem harten Material, zum Beispiel Holz, Glas, Metall

Cross Translation:
FromToVia
splinter Splitter splinter — long, sharp fragment of material, often wood
splinter Splitter écharde — Petit éclat piquant de matériau rigide
splinter Splitter éclatpartie détacher brusquement d’un corps qui éclater.

splinteren:

splinteren werkwoord (splinter, splintert, splinterde, splinterden, gesplinterd)

  1. splinteren (tot splinters breken)
    zersplittern
    • zersplittern werkwoord (zersplittere, zersplitterst, zersplittert, zersplitterte, zersplittertet, zersplittert)

Conjugations for splinteren:

o.t.t.
  1. splinter
  2. splintert
  3. splintert
  4. splinteren
  5. splinteren
  6. splinteren
o.v.t.
  1. splinterde
  2. splinterde
  3. splinterde
  4. splinterden
  5. splinterden
  6. splinterden
v.t.t.
  1. ben gesplinterd
  2. bent gesplinterd
  3. is gesplinterd
  4. zijn gesplinterd
  5. zijn gesplinterd
  6. zijn gesplinterd
v.v.t.
  1. was gesplinterd
  2. was gesplinterd
  3. was gesplinterd
  4. waren gesplinterd
  5. waren gesplinterd
  6. waren gesplinterd
o.t.t.t.
  1. zal splinteren
  2. zult splinteren
  3. zal splinteren
  4. zullen splinteren
  5. zullen splinteren
  6. zullen splinteren
o.v.t.t.
  1. zou splinteren
  2. zou splinteren
  3. zou splinteren
  4. zouden splinteren
  5. zouden splinteren
  6. zouden splinteren
diversen
  1. splinter!
  2. splintert!
  3. gesplinterd
  4. splinterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor splinteren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zersplittern splinteren; tot splinters breken versplinteren

Verwante woorden van "splinteren":


Wiktionary: splinteren


Cross Translation:
FromToVia
splinteren zersplittern splinter — to come apart into splinters